Het is inmiddels al weer een tijdje geleden dat ik me met een verslag heb gemeld. Door de warmte kon ondergetekende de moed niet opbrengen om in een hete kajuit achter de laptop te kruipen.

In het laatste verslag lag ik in Kröslin te wachten totdat de zeilmaker op kwam dagen. Ik stond al vroeg met het zeil voor zijn deur en dat was maar goed want er waren meer zeilers met reparatie.
Rond het middaguur was het zeil keurig gemaakt voor Euro 57.

Zo gauw mogelijk weg naar het eilandje Ruden tussen Peenemunde en Rügen.
Hier woont alleen een beheerder/havenmeester met zijn vrouw. Je kunt hier een korte wandeling door het natuurgebied maken en een als een museumpje ingerichte uitkijktoren bezoeken met een prachtig uitzicht.

Er komen toch nog een paar boten bij in de haven zonder enkele voorziening.
Toen ik begin april vertrok naar Engeland lagen hier de ijsschotsen nog meters hoog. Maar goed dat ik het rondje niet andersom heb gepland.

De volgende dag zeil ik onder de Greifswalder Oie richting Sassnitz op Rügen.
Het wordt een perfekte zeildag en ik ben blij dat ik uit die nauwe vaargeulen ben.

In Sassnitz is sinds 10 jaar, toen ik er ook was, het een en ander veranderd en doet niet meer zo Oost-Duits aan. Nu liggen de jachten langs de heel lange pier. Wel een beetje onrustig vanwege de af en aan varende rondvaartboten.
Op dezelfde plek als toen is een toiletgebouwtje met een draaihekje die direkt werkt als je er 50 cent in doet. Het hekje draait een beetje van onder naar boven en omdat ik er te dicht bij sta om het geld er in te doen krijg ik een “knietje”, zodat ik even niet meer hoef. Trouwens de enige douche is al dagen defekt.

De haven ligt vol met, niet meer vissende, kotters, vol met visbroodjes etende toeristen. Het blijft echter een prachtig eiland.

Langs de Oostkust van Rügen omhoog. Hier is een mooi klein haventje gekomen. Ik vaar er vlak langs, maar ook hier stampvol.

Verder naar Glowe op Rügen. De eerste vrije box schiet ik in waar de havenmeester later niet echt blij mee is omdat er een grotere in had gekund.
Er ligt een als een oldtimer ogende 2-master, de Cor 13.13 uit Rotterdam. De eigenaar heeft de boot zelf gebouwd en blijkt grotendeels van polyester met aluminium lantaarnpalen als mast. Op weg naar Sail Rostock.

Ik krijg een leesboek, weliswaar Duits.

Op weg naar Vitte op het eiland Hiddensee moet ik eerst Kaap Arkona ronden en al gauw moet er een rif in het grootzeil. Hoog aan de wind is het behoorlijk hakken.

Vitte blijkt ook overvol te zijn in de inmiddels al een tijdje aangebroken vakantieperiode, maar dank zij de bescheiden maten van mijn scheepje krijg ik toch een plekje, bijna op de stenen en half in het riet. Hoe ik hier uit moet komen zie ik dan wel weer.

Aangezien de voorspelling NW 7-8 is blijf ik liggen en verhaal alleen met veel moeite naar een vrijgekomen plaats met de kop in de wind.

Bij verkenning per fiets blijkt Hiddensee een mooi vakantie eiland te zijn, zonder auto’s en veel paard en wagens. Ook hier veel nieuwbouw vakantie woningen.

De volgende dag waait het hard en ik plak er nog een dag bij aan hier in jachthaven “Lange Land”. Wel duur hier. Voor 3 minuten douchen betaal je bijv. 3 Euro.

De bevestiging van de windvaanstuurinrichting op dek heeft zich los gewerkt en ik besteed de hele morgen hieraan en nogmaals afstellen van de uitslag van het roerblad. Ondertussen vertelt mijn buurman onder het genot van een pils over zijn Oostduitse verleden..

Mijn in Bagenkop gevonden barnsteen blijkt volgens de barnsteenman hier in het dorp geen barnsteen te zijn en krijg een splinter afval mee.

Er komt nog een verwaaidag bij en maak een wandeling naar de vuurtoren op Kaap Doornbusch.

Ik besluit om toch maar om via dezelfde route te vertrekken naar Darszer Ort.
Het is griezelig smal en ondiep en ik loop nog even al zeilend vast terwijl ik , dacht ik, toch tussen de boeien van de vaargeul zit. Gelukkig kom ik al snel op eigen gelegenheid los.

In Darszer Ort mag je aanleggen als je een noodgeval bent. De meesten vullen op het formulier in: zeeziekte.

Maar het is mooi weer en ik ga voor anker voor de kust. Er volgt een prachtige zonsondergang.

Op weg naar Warnemünde valt de wind steeds meer weg en er zit niets anders op dan de motor aan te zetten.

Het is zo warm dat ik tegen mijn gewoonte in het voorluik open zet en vlak voor de haveningang doe ik het luik wel dicht maar draai de knevel niet aan. En ja hoor, vlak voor de haveningang rolt er door een kombinatie van loodsboot en passagiersschip een grote golf over dek en perst water door het voorluik en over mijn beddegoed.

Eerst zoek ik plaats in de oude haven , echter ook hier is het druk.

Tot overmaat van ramp is er net een schip gezonken, dus beperkt varen daar.

Ik wijk uit naar de luxe marina “Hohe Düne. Het havenburo lijkt wel een receptie van een luxe hotel. Er vaart normaal een veerbootje van de jachthaven naar Warnemünde aan de overkant. Maar door de gezonken boot is hij even uit de vaart en moet je naar de overkant met de (niet gratis) veerboot.

In Warnemünde is het een gezellige kermisachtige toeristenstroom.

Ze zijn bezig met het lichten en leegpompen van de gezonken boot.

Na een verwaaidag wil ik de rivier op naar Rostock.

Aan de kade in Rostock ligt de Cor 13.13 en ga even langszij voor een praatje.
Ze varen volgende week ook met toeristen rond.

In de stadshaven vind ik een mooi plaatsje met de achterkant aan een boei.
Ze zijn druk bezig met de voorbereidingen voor de sail feestweek .

De bemanning van de Cor 13.13 zit op een terrasje aan de havenkant en ik schuif graag aan.

Als ik op zaterdag 31-7 nog even een weerbericht wil zien op de laptop, weigert hij dienst. Ik heb een heleboel foto’s nog niet op een stick gezet en vrees het ergste.

De wind is gunstig, dus ik vertrek. Eerst weer de rivier af naar Warnemünde en vervolgens naar Kühlingsborn, een vrij nieuwe jachthaven.

Langs de haven een soort promenade met van alles te doen. De promenade loopt door tot het vakantiedorp.

Mijn Duitse buren weten daar een gelegenheid met eigen gebrouwen bier en zullen daar ‘s-avonds om ca. 21.00 uur zijn. Ik kan het niet vinden en ga terug naar de haven met live-music op het terras en kom in gesprek met een buschauffeur uit Chemnitz, die een lading toeristen komt halen.

Zo langzamerhand weet ik veel over de Oostduitse tijd.

Ik ben van plan naar Wismar te gaan omdat ik denk daar de meeste kans te hebben een computerspecialist te vinden.

Echter als ik naar Wismar wil moet ik een heel eind op de motor en Neustadt is bezeild. Dus Neustadt.

Onderweg een paar keer de zeilen neer voor een onweersbui en net als ik vast lig in Neustadt in de stadshaven breekt er een geweldige stortbui los.

Daarna op zoek naar een computerspecialist en zowaar er is er een.

‘s-Maandagsmorgen sta ik al vroeg op de stoep bij de specialist echter het wordt wel de volgende dag.

Fietsje tevoorschijn en de omgeving verkennen. Best wel een mooie plaats en ik ben blij dat ik in de stadshaven lig want de Marina is een eind buiten de plaats . Er vaart wel een watertaxi af en aan.

Gelukkig mankeert er niets aan de laptop. De externe netvoeding was kapot terwijl het indicatielampje gewoon brandt. De rest van de foto’s direkt op de stick gezet.

Inmiddels is de wind Naar het zuiden gedraaid en ik ga voor de wind kruisen naar Fehmarn.

De kust aan beide zijden van Grömitz, waar ik zulke goed herinneringen aan heb is inmiddels behoorlijk vol gebouwd met huizen en heel veel campings.

In Burgstaken op Fehmarn ga ik de volgende dag op de fiets, op aanraden van Hugo, naar het zeeaquarium in Burg. Erg druk, wel mooi. Alleen van de film over haaien wordt ik niet vrolijk. Per jaar worden er 2 miljoen haaien vermoord omwille van de soep en daardoor worden de haaien snel met uitsterven bedreigd. Inmiddels is men er achter gekomen dat deze beesten niet de gevreesde killers zijn, maar de regelaars van het zeeleven. Dus enz., enz.
Ik krijg een sms van mijn vrienden Andre en Lies op de Rondo, die al een paar dagen vlak achter me zitten, dat ze in Heiligenhafen zijn aangekomen.

Om 4 uur ‘s-middags besluit ik er ook heen te gaan en een paar uur later en is het weerzien in een mooi klein vissers/verenigingshaventje.

We besluiten de volgende dag op de fiets naar Burgstaken op Fehmarn te fietsen. Kan ik meteen de borg van de toiletsleutel ophalen. Die had ik weer eens vergeten in te leveren.

Het wordt een mooie fietstocht en nu eens over de brug in plaats van er onderdoor. Al met al wel 40km.

Het glas bier onderweg zakt eerst wel eventjes in de benen.

Zaterdag nog op de fiets naar Grossenbrode geweest om een kijkje te nemen in de winkel van Compass, maar helaas Feierabend, dus gesloten.

Andre wil naar Hamburg en dat lijkt me ook wel leuk. Daar ben ik nog niet met eigen boot geweest. Dus besluit ik mijn plannen aan te passen.

Na een gezellige barbecue op een bankje in de haven, terwijl de regattazeilers binnen komen na een rondje Fehmarn gaat de volgende dag de reis naar Möltenort in de Kielerbocht waar ik op de heenweg ook ben geweest.

Er zijn geen schietoefeningen zodat er gezeild kan worden tot onder de kust en dat komt goed uit want de wind is pal tegen gepaard met enorme plensbuien.
We moeten deze keer lang wachten voor de sluis van het Kielerkanaal. Gelukkig is het weer opgeklaard en is het weer gewoon zonnig.

Overnachten in het vertrouwde Büdelsdorf en op naar Brunsbüttel aan het eind van het kanaal, waar de jachthaven zowaar helemaal niet zo vol meer is.
We krijgen nu weer met getijden te maken, dus weer even rekenen voor de trip naar Hamburg.

We kunnen zeilen, weliswaar hoog aan de wind, tot de haven van Hamburg in zicht is. Daar ik geen kaart heb en het zicht in het begin slecht is rolt Andre af en toe zijn fok in om even te wachten voor het geval ik dreig te verdwalen.

Een Dehler 36 zeilt toch wel iets sneller dan mijn bootje.

Het aanlopen van de haven van Hamburg is zeer onrustig vanwege de vele veerpontjes, rondvaartboten, pilots en grote zeeschepen. En alles vaart hard.
In de city-haven, die ik zonder kaart moeilijk had kunnen vinden, ligt het mooi precies bij St.Pauli, echter erg onrustig. Zelfs de drijvende steigers met de toiletten en douches slingeren heen en weer. Gelukkig zijn we al ingeslingerd.
Uiteraard wordt er ‘s-avonds een terras gepakt op de Reeperbahn.

Andre en ik willen nog even een red-district straat bekijken, waar je nog steeds door een schutting naar binnen moet. Lies voelt zich niet erg prettig en terecht want aan het eind van de straat, waar een oudere dame achter het geopende raam zit moet ze het ontgelden. Ik loop vlak achter A en L en zie dat ze een doorzichtig waterkanon vanuit haar schoot op Lies richt en haar met kracht in de nek spuit onderwijl uitroepend: “Raus hier”. Lies reageert (gelukkig) niet, is kletsnat en ik heb de slappe lach.

Volgende dag verkenning van Hamburg en fietsen rond een groot meer midden in de stad.

Glückstadt is de volgende aanlegplaats en ik verkrijg even het nummer van de boei waar ik naar binnen moet tussen een begroeide bank en de kust.
De sluis staat open tijdens Hoogwater, maar we blijven voor de sluis liggen waar ligplaatsen zijn.

‘s-Avonds een, druk bezocht, openlucht concert van een band met alleen maar fifties t/m seventies.

De volgende dag voornamelijk hoog aan de wind naar Cuxhafen, waar vlak voor Cuxhafen de Elbe nog even zijn tanden laat zien.

Afscheid genomen van Andre en Lies, die naar Norderney gaan en naar huis.
Ruim een week met hun opgetrokken, erg gezellig.

Wordt vervolgd en Groeten aan allen

Bob Nieboer