Aan de mooring in Queenborough dus voor een paar dagen want het blijft maar waaien uit het E/NE, vaak een dikke 5.

De rivier loopt van Sheerness tot aan Queenborough zo goed als W-E.
Met opkomend water lig ik prinsheerlijk met de kop in de wind en de stroom,maar met afgaand water wordt het ten eerste slingerig en gaat de boot door de harde wind niet met de kop in de stroom liggen. Hij zeilt dan eigenlijk door zijn windvang tegen de mooring aan. Het kan geen kwaad (hoop ik)maar het dreunt best, vooral ‘s-nachts. Het lukt niet om dat te veranderen.

De heel lange drijvende steiger, waar je met de bijboot kunt aanleggen (erop vastsjorren) heeft op de wal een draaihek. Als je terug wilt moet je een munt (token) voor 50p kopen in de pub.

Paar keer met de trein naar Sheerness geweest, waar iets meer te doen is.
Ontmoet in de pub een Engelsman,die in 6 maanden een stalen zeilschip heeft gebouwd wat volgens hem moet lijken op de “Golden Hind”van Francess Drake.

Hij is toen overgestoken naar Holland, binnendoor naar de Middellandse Zee en door de Golf van Biskaje terug. Verder nog Canada, enz. In het kajuitdak een periscoop gebouwd, zodat hij alles kan overzien. Het wordt steeds mooier naarmate het bier vloeit; echter de volgende dag ligt hij voor even aan de steiger met telefoonpalen als masten en er is echt niets gelogen!! Geen fototoestel bij de hand. Shit.

Ondanks dezelfde weersvoorspelling vertrek ik na een paar dagen dubbelgereefd en kruis gewoon de rivier uit. Dat gaat heel wat rustiger als op de motor. Door de elektronische kaart van Imray durf ik ver buiten de boeien te gaan en ondanks de tegenwind kom ik aardig in de buurt van de ingang van het Swin. Op een gegeven moment roept een visser me op op Ch16 omdat hij denkt dat ik de Maplin Sands ga opvaren. Nog 1 slag en dan moet de motor bij. Het grootzeil als steun op. Nu kruis ik vlak langs de visser en bedank hem met een zwaai.

Het kruisen gaat heel makkelijk. Met de lijnen trekik de windvaankop hetzelfde aantal graden de andere kant op. De boot gaat overstag en ik hoef alleen maar de genua door te halen en hij vervolgt z’n weg. Beetje bijstellen met de lijnen. Echt fantastisch.

De volgende uren zijn niet leuk, het water dreunt af en toe hoog over.
De bevestiging van de elektrische stuurautomaat begeeft het op een gegeven moment.(weer)

Ongeveer 3 kwartier na de kentering ben ik bij de SWhittaker en nu kan het grootzeil neer en op de genua met de stroom mee de laatste 15mijl naar Burnham- on Crouch, een mooie badplaats en een uitgebaggerde marina waar je zonder sluisje naar binnen kan. Veel zeehonden op de banken en voor de eerste keer een bruinvis achter de boot, die zich goed laat bekijken.
De aanloop komt redelijk precies en de boeien zijn niet op zichtafstand.
Het reddingsstation in de marina heeft een bord aan de buitenkant hangen met alle reddingen en ook de laatste. En dat was op de dag dat ik er langs voer.
Een nieuwe bevestiging is de andere dag voor 40 pond gemaakt en het is weer als nieuw.

Het blijft helaas ijzig koud en met een N/NE wind. Volgens de locals hebben ze nog nooit meegemaakt dat de wind al een maand lang N/NE is en geven de schuld aan de vulkaan in Ijsland.

Wordt vervolgd.

Groeten Bob Nieboer.