Reisverslagen

Zondag 12 juni: Oog in oog met de Aartsbisschop van Canterbury….!

We volgen het advies van onze engelse buren op en gaan vandaag een dagje naar Canterbury. Tien keer interessanter dan Dover volgens hen. Met hun engelse humor typeren ze Dover: Het leukste van deze stad is het vertrekken…..

Elk half uur vertrekt er een trein van Priory Station en de reistijd is maar een half uur.
Hadden de engelse spoorwegen vroeger een heel slechte naam op het gebied van punktualiteit, kwaliteit, uitstraling en hobbeligheid: dat is nu blijkbaar voorbij. De trein is precies op tijd, de wagons zijn modern, onberispelijk en rijden afgeveerd comfortabel.

Canterbury blijkt een leuk oud stadje te zijn. Het heeft wel watweg van Brugge en dus is het er – op deze zondag – dan ook druk. Ook hier kan je over de hoofden lopen. Er is een ruime variatie aan winkels en ze zijn ook nog gewoon open. We zakken gelijk neer op een terrasje en laten ons verwennen met een Cappuccino en een voor ons veel te groot stuk appelgebak….

Maar we komen uiteraard voor de Kathedraal van Canterbury. Je moet er stevig voor betalen en even wachten totdat de dienst is afgelopen, maar dan krijg je ook wat! We zijn er nog niet achter wat voor officiële gelegenheid het nu is geweest, maar als de kerkdeur na de dienst opengaat, komt de kerkvorst naar buiten:

het is de aartsbisschop zelf: Rowan Williams, het religieuze hoofd van de Anglicaanse Kerk in Engeland en in de hele wereld! Volgens Wikipedia (even opgezocht) is hij één van de belangrijkste personen van het Verenigd Koninkrijk, die alleen de koninklijke familie moet laten voorgaan. Het blijkt een zeer toegankelijk persoon te zijn. Nergens is bewaking te zien. Hij stelt zich voor iedereen beschikbaar die met hem op de foto wil. Alle kerkgangers krijgen bij het verlaten van de kerk een hand of een vriendelijk woord. Iedereen is zeer deftig of officieel gekleed; sommigen in onze ogen heel koddig……Mooi om dit mee te maken!

De Kathedraal zelf is van binnen en van buiten van ongekende grootsheid. Het is nauwelijks te beschrijven wat er allemaal te zien is. Je kan er vele uren in rondbrengen en dan nog heb je alle details niet in je kunnen opnemen. Indrukwekkend zijn de hoge gewelven en de gebrandschilderde ramen. De tomben van alle voorgaande aartsbisschoppen: ze liggen hier allemaal. Ook sommige koningen, koninginnen en ridders uit het verre verleden hebben hier hun plek.

De Kathedraal bevat meerdere verdiepingen, zijvertrekken en zalen, waar aparte diensten worden gehouden. Het is prachtig allemaal en we hebben dan ook beslist geen spijt dat we dit uitstapje hebben gemaakt!

Om half zes pakken we de trein terug naar Dover en komen “exhausted” aan boord terug.
Maar de engelse buren (inmiddels met hun boot vertrokkken) hebben helemaal gelijk gehad: Canterbury was de moeite van het bezoeken waard!

Maandag 13 juni: Opnieuw een dagje Dover.

De voorspellingen zijn opnieuw niet goed. Teveel wind en weer ZW. Dinsdag is er kans op beter weer, zij het zonder wind…We besluiten dus om te blijven liggen en pas morgen weer op te schuiven naar de volgende haven.

We plakken we er dus weer een dagje Dover tegenaan. Vandaag maar even niets doen. We gaan nog wel even het stadje in, maar van de voorgenomen wandeling over de kliffen komt niets meer. In de morgen is er ook niet veel meer te zien: veel mist op de cliff’s en op zee. Hier is Dover ook wel bekend om.

Pieter en Riet komen langs om afscheid te nemen. Hun vakantie zit er eind deze week op. Ze zullen in de vroege morgen met stroom mee vertrekken richting de Franse en Belgische kust aan. We wisselen nog wat e-mail adressen uit om later nog eens contact op te kunnen nemen. Bij het weggaan zien we in de haven plotseling een zeehond (of bruinvis?) zwemmen! Helaas kunnen we het niet vastleggen, want dit gelooft toch niemand…?

Voor ons morgen de tegengestelde richting: Eastborne of Brighton!

Maar dit is nog even “Dover Marina”:

Dinsdag 14 juni: Naar Eastbourne

Soms komt het mooi uit: soms loopt de stroom pas laat de goede kant uit en soms moet je er heel vroeg voor je bed uit. De wet van Murphy zegt dat op het moment dat je eigenlijk zou willen vertrekken, de stroom altijd pal en hard tegenstaat.

Maar vandaag niet! Volgens mijn berekening gaat de stroom om 13.41 uur pas de westelijke richting uit. Alle tijd dus om goed uit te slapen en de boot aan kant te maken. Maar van dat uitslapen komt niet zoveel, want we willen de boot van Pieter en Riet nog wel even uitzwaaien. Toch mislukt dit nog bijna, want ze waren al een eindje in de haven op weg toen we het in de gaten hadden….We kunnen ze nog een hele tijd met AIS volgen, maar midden op de shipping lane valt het signaal van de Watervogel toch al wel snel weg, terwijl we andere (zee)schepen soms wel tot bijna 30 NM blijven zien.

De afstand tot Eastbourne is 45 NM, dwz. ruim 9 uur varen. Daarom gaan we toch maar iets eerder weg en accepteren een stroom tegen in het begin. We melden ons om 11.35 uur bij Port Control en krijgen toestemming om te vertrekken. Geen bijzonderheden dus.
Nog binnen de pieren gaat het grootzeil op, maar eenmaal buiten blijkt zeilen een illussie te zijn: er staat slechts een dobberwindje. We proberen het nog wel, maar door de lange deining gaan we alleen maar heen en weer en niet veel vooruit. Dus de motor aan en tuffen.
Ik maak nog snel even wat foto’s van de “White Cliff’s”. Die zullen we nog wel een keer gaan bezoeken!

Ik ben blijkbaar toch een slechte rekenaar, want de stroom gaat pas tegen drie uur echt meelopen. Maar dan ga je ook als een speer!
Als we Dungeness voorbij gevaren zijn, is de koers wat gunstiger en krijgen we ook wat meer wind. Zeilen op en motor uit. Snelheid valt wel terug, maar houdt een akseptabele 5 kn.
Het weer is prachtig en aanvankelijk kunnen we het in onze t-shirt best uithouden.

Om een lang verhaal kort te maken: na drie uur kan de motor toch weer aan en stomen we op rechtstreeks naar Eastbourne. Het is even zoeken waar de ingang is. De “Safe Water Mark” boei blijkt een kleintje te zijn en pas op het allerlaatste moment te zien. Om toegang tot de Souvereign Harbour te krijgen moeten we door een sluis. We roepen de Harbour Master op die ons de weg wijst. Het is een dubbele zeesluis met drijvende pontons, dus het sluizen is voor deze doorgewinterde bemanning een makkie.
De Co-Harbour Master komt ons nog in de sluis persoonlijk verwelkomen en ons een box toewijzen. Dit hebben we nog nooit meegemaakt!

Om 21.30 uur zijn we eindelijk op de plaats van bestemming en kunnen we nog net voor donker de boot aftuigen en de zeilen netjes opbinden. Pfff, een tocht van bijna tien uur gaat ons toch niet in de koude kleren zitten. We eten nog wat en zitten nog even uit te puffen, maar de oogjes worden al snel heel zwaar…..

Woensdag 15 juni: Dagje Eastbourne

We blijken in een eerste klasse haven te liggen, die nog niet zolang in deze vorm bestaat. De haven, het sanitair, de ontvangst, de informatie die je meekrijgt: het is allemaal top.

Rondom de haven zijn er een aantal boutiekjes, café’s en restaurantjes aan het water en is er even wat verder in amerikaanse stijl een groot winkelcentrum waarin allerlei grote winkels zijn gehuisvest. Zo ook een immense supermarkt.
De huizen om de haven heen zijn nieuw en in leuke stijl gebouwd. Ja, deze haven heeft voor ons – zeker vergeleken met Dover Marina – een fraaie uitstraling en was een aangename verrassing toen we hier gisteren binnenvoeren.

Het sluiswerk is trouwens ook uniek. Het is een dubbele sluis voor beide richtingen. Elk half uur wordt er geschut. Het verval kan hier 6 meter zijn. Als er nog maar weinig verschil met de haven is, worden de cilindrische deuren gewoon opengeschoven en valt het water gewoon de haven in. Als je je boot in de sluis dan niet goed vast hebt zitten….De Shell pilot raadt dan ook aan om – voor het geval dát – ook maar een spring erbij te zetten! En om een plastisch idee van deze haven te geven: het is een gigantisch groot gesloten zwembad, drie meter diep, achter een paar deuren waarachter het water zes meter hoger staat! Bij hoogwater wel te verstaan………..

‘s Middags  stappen we op onze “folding-bikes” richting Eastbourne stad, zo’n 4 km van de haven. Eastbourne blijkt een heuse badplaats te zijn. Boulevard, strand (van kiezelsteen), hotels, een wandelpier: het is er allemaal. Op afstand ziet de pier in zee er imposant uit, maar van dichtbij is het maar een verwaarloosd brok ijzer en beton. De toegang is vrij en uiteraard kan je er gokken – waar niet op een wandelpier… – en zijn er een aantal restaurantjes en souvenierwinkeltjes. Helemaal aan het einde is er een hokje met het opschrift: “fish manicure”: kan je blijkbaar je dode voetencellen door visjes laten afknabbelen. De bakken met vis staan er klaar……

We fietsen hier (links!), maar eigenlijk met gevaar voor leven. Fietspaden kennen ze hier niet en de auto’s roetsen vlak langs je heen, ook al omdat de wegen hier niet al te breed zijn. Marianne heeft het er niet zo op en gaat al gauw aan de kant, maar dan kom je met je fiets hier nergens.
Een buurman schipper zei me eens: “Ga gewoon fietsen en maak je steeds breed dan houden ze wel rekening met je. Tenslotte fiets ik in Londen ook naar mijn werk”.

Nadat we nog even in de grotere winkelstraten zijn gedoken, keren we om vijf uur weer terug naar de haven en beginnen we de tocht voor te bereiden voor morgen. Het weer gaat opnieuw niet meewerken. Donderdag en vrijdag gaat misschien nog wel. Maar zaterdag komt er weer storm aan.
Portsmouth blijkt daarom – met ZW 4/5 –  morgen niet haalbaar te zijn (55 NM), dus focussen we ons eerst op Brighton (20 NM).

PS. Even een paar foto’s van de toegang tot de sluis en zee bij eb!

Donderdag 16 juni: Een miskleun van jewelste!

Gisteren de Windguru nog gecheckt, vanmorgen nog eens extra a.h.v. de US- en ZyGribfiles: de wind zou onder de kust ZW 3 /4 blijven met windstoten van 5 Bf. Moet te doen zijn. In het begin wordt het motoren, daarna vlak langs de cliffs misschien een zeilrak.

Om 10.15 uur starten we de motor. De  buren komen verwonderd vragen waar we naartoe gaan. Zij blijven nog een dag liggen vanwege waarschuwingen voor windkracht 6. Maar morgen wordt het helemaal een slechte dag en – als gecertificeerde meteoroloog (een workshop van Zilt weerman Henk Huizinga gevolgd….) – vertrouw ik op mijn eigen analyse en vertrek. Om 10.30 uur worden we geschut en we zijn om 11.00 uur op volle zee. De koers is pal ZW dus tegen de wind in. We hebben na een half uur de stroom al mee. De wind is inderdaad matig. De golven zijn te doen en de snelheid is al gauw 5.5 kn. Het gaat eigenlijk prima zo.

Waar we gisteren gewandeld hebben varen we nu aan de zeezijde voorbij. Stonden we al op met een licht regentje, nu daalt er af en toe een bui op ons neer. Boven het land is het al helemaal zwart. We zijn echter met onze zeilkleding goed beschermd en een bui deert ons niet zo.

Als we Beachy Head bereiken en een stuk oostelijk moeten gaan varen, zetten we het grootzeil (2e rif, dat wel) bij als steunzeil, want het is nog steeds een motorrak.
Op die hoek staat plotseling meer wind en neemt ook de golfhoogte toe. De wind is geen 3 /4 meer, maar 5/6. Het wordt aan boord wat onstuimiger allemaal. De wind en de golven komen iets schuin voorin, waardoor het zeewater regelmatig over dek, in de kuip en dus over ons heen komt.  Regelmatig pikken we paaltjes, dwz. maken we met het voorschip klappen op het water.  Echt leuk varen is dit niet meer, alhoewel de boot zich verder prima gedraagt en goed bestuurbaar blijft. We zorgen wel voor een koers waarbij het grootzeil vol blijft staan, al raken we daarvan een beetje van onze route af.

We hebben een waypoint gezet op een markant punt op onze route: daar waar we door de Greenwich Mean Time (GMT) meridiaan varen (00º 00´000¨W). We zien op de GPS-repeater buiten op het juiste moment onze positie inderdaad door de meridiaan gaan. Weer een memorabele mijlpaal in onze zeilhistorie!

Een paar uur voordat we Brighton in zicht krijgen gaat het nog harder waaien. De wind gaat van ZW tot W  6 /7 en de golven bouwen zich nu snel op naar 2 – 3 meter. Ook geen wonder want hier krijgen we ook de meeste stroom mee ( 1 kn). We krijgen  nu helemaal veel water over en we hebben moeite om de ogen vrij te houden van het zoute water.
Nee, dit hoeft van ons niet meer en we verlangen naar de veilige haven.

En die komt er uiteindelijk ook: Om 14.30 uur bereiken we de pieren van Brighton. De westelijke wind en de oostelijke stroom vergen heel wat stuurmanskunst om de pieren heelhuids binnen te varen, maar het lukt prima. Nog wel met het grootzeil op, varen we de Marina binnen, bekeken door vele schippers binnen in hun kajuit, waarschijnlijk met de opmerking: wie zijn die idioten die zich buiten hebben gewaagd?….. Als we het zeil hebben geborgen, de fenders hangen en de lijnen gereed zijn kunnen we ons wagen aan het afmeren aan een steiger aan lager wal. Met die storm op de kont is dat een heel waagstuk. Gelukkig komen er twee havenmeesters en een aantal schippers aanhollen om ons te helpen de boot op te vangen. Om 15.00 uur liggen we vast en kijken elkaar aan: als we dit van tevoren hadden geweten, waren we zeker niet vertrokken.
Een paar uur later zijn we een beetje van de spanning bekomen en kunnen we er ook nog wel een beetje positief over zijn: de boot gedraagt zich goed, de bemanning kan het ook wel aan, maar er waren momenten dat het te spannend was en niet leuk meer was. Liever dus geen herhaling!

De rest van de dag blijft het buiten maar stormen en liggen we aan de buitenkant behoorlijk tegen de steiger aan te rollen. Morgen toch maar een ander plekje vragen.

Noot van Marianne: Nee, liever geen herhaling van een tocht als deze! De bemanning kan het goed aan en geeft gelukkig veel vertrouwen, maar de bevrouwing was toch niet zo dapper meer……

Naschrift:
In een boek van Gordon Kent, “Peacemaker”, las ik net een fraaie zinsnede die onze zeiltocht van vandaag zo treffend omschrijft:
“De hemel zag er guur uit, en een rauwe, vochtige wind blies langs het dek. Het stuifwater, dat door de boeg omhoog werd gegooid, sloeg vervolgens over het dek neer. De boot gleed als een soort speelgoedbootje door de golven, om het ene moment door een golfkam omhooggetild te worden en vervolgens weer met een klap in een golfdal te verdwijnen.

En zo was het!

Vrijdag 17 juni, Regen, regen en nog eens regen….

Na ons avontuur gisteren hebben we wel als een blok geslapen, ondanks – of misschien wel juist door – het geschommel en het geschaviel van de boot tegen de steiger door de dwarsstaande harde wind.

Maar zo willen we niet nog een dag liggen, want de voorspellingen zijn niet best: nog meer wind! (6/7 Bf)
Het havenkantoor vindt nog een vrije plek voor ons achteraan in de haven. We moeten ons maar even per marifoon melden als we vertrekken, dan komt er iemand helpen bij het af meren! Hè? Zo’n service hebben  we nog nooit meegemaakt! Maar het gebeurt wel, want bij het zoeken naar de juiste box in deze immense haven staat daar er iemand al te zwaaien en klaar om de lijnen aan te pakken. Wel handig met die zijwind en stroom die de boot verzet.. Hij sluit ons ook gelijktijdig op de walstroom aan!!! Geweldig!

Over de verdere dag valt niets, maar dan ook niets te melden: het regent de hele dag en niet zo zachtjes ook. We hebben nog steeds last van lekkages binnen en het druppelt dan ook gestaag in de teiltjes eronder.
We zitten de hele dag binnen – er wordt wat afgelezen!- en gaan pas laat in de middag even eruit. Net als in Eastbourne is hier buiten een winkelcentrum en grote supermarkt.
De jachthavens van Brighton, Eastbourne, Gosport en meer: ze behoren allemaal tot de dezelfde groep: Premier Marina’s. De twee die we daarvan nu bezocht hebben, zijn beide eerste klas havens met een grote gastvrijheid zoals we hebben ondervonden.

Maar wat heb je aan een mooie haven als het buiten maar giet en poeiert. Volgens de voorspellingen wordt het voorlopig niet wat met het weer hier. Veel regen en (heel) veel wind. We liggen hier zeker nog wel een aantal dagen vast! Als het zo door gaat komen we niet eens verder dan Brighton in onze vakantie!

Iets over internet en TV
Sinds Dover hebben we beschikking in de havens over internet. We hebben hiervoor een account afgesloten met Spectrum, een provider die in alle Premier havens de Wifi verzorgt en internet biedt. Je neemt je account gewoon mee naar de volgende haven. Erg makkelijk en effectief voor ons als bezoekende ‘Mariners’. Kosten 25 pond per maand en daar kan je niets van zeggen, lijkt me.

Verwend als we zijn hebben we ook TV aan boord….Belgie, Frankrijk, maar zelfs ook het conservatieve UK blijken digitenne te kennen en ons kastje aan boord kan er dan ook hier goed mee overweg. We kunnen dus hier het nieuws volgen, alhoewel, ze zijn hier wel heel erg op hun eigen nieuwtjes gesteld….Maar de Ascot Horse Races hebben we kunnen volgen, net als al die rare hoedjes van de daar rondlopende ‘Ladies’!

Mail -18 juni- van Gree en Kees Laninga (“sailing mate” op de Snippe):
Ik zou willen zeggen: ik wens je een behouden vaart! Volgens de tv gaat het redelijk stormen. En er is van hier weinig tot niets te melden. Met vriendelijke groeten van  Gree en Kees.

Mail -18 juni- van Loes van Ooik:
Zag het slechte weer in Engeland in het journaal. Ook in NL is het niet erg mooi, maar zo slechts als daar gelukkig niet, voor ons.
Zal duimen voor snel herstel van de zomer.

Zaterdag 18 juni: Dagje slenteren in Brighton…..

Mochten we het idee hebben dat de wind en de zee het vandaag wel wat kalmer aan zouden gaan doen, dan hebben we het mis. Het fluitconcert van de masten in de haven geven wel aan dat we ons nog maar niet buiten moeten wagen. Bovendien moeten we Brighton nog bezoeken.

Achter de haven ligt de km-lange boulevard naar de stad. Om een indruk te krijgen wat wij op zee en bij het binnenvaren van de pieren meegemaakt hebben, hierbij wat passende foto’s …..voor het geval dat we onze indrukken mochten zijn vergeten.

We lopen de hele boulevard af. Dit soort kusten kent geen zand-, maar kiezelstranden. Het ziet er best gaaf uit, maar het zal wel hard liggen lijkt ons! Met dit weer ligt er natuurlijk geen mens op het strand en zwemmen kan je hier al helemaal vergeten. Ze kennen ook een Naturistengedeelte. Hiervoor hebben ze de zaak met een omdijking wat opgehoogd, maar ik vrees dat ze in de hoge flats en badhotels langs de kustweg de verrekijkers klaar hebben liggen…

Uiteraard bezoeken we de bekende wandelpier. Deze is heel wat beter onderhouden dan in Eastbourne en het is er een stuk gezelliger.. Het is er wel altijd kermis. Vanwege de extreme weerscondities staan enkele attracties (roller coaster, zwaaiarm, e.d.) stil.
Brighton is het Zantvoort aan Zee voor de Londenaren en dat merk je. Het is zaterdag, dus een drukte van jewelste. Veel autoverkeer (maar dat geldt in Engeland overal wel) . Ook zijn er opmerkelijk veel buitenlanders, die blijkbaar graag bij elkaar kruipen op het strand.

Brighton kent ook een heel gezellig centrum met kleine straatjes, veel winkeltjes en restaurantjes. Maar het heeft met zijn busverkeer ook wel wat weg van London. Kortom, het is een leuke stad en kent vele gezichten. Zo sta je ineens voor een oosters uitziend kasteel (morgen maar bezoeken) en zo loop je door een soort Hidepark waar veel jongelui elkaar treffen en muziek wordt gespeeld.

‘s Avonds doen we ons te goed in één van de vele restaurants aan de haven. Ondanks dat de haven ruim 1000 ligplaatsen (!) kent, hebben we toch het idee dat er niet veel mensen aan boord zijn. Dus plek genoeg zou je zeggen om ergens te eten. Maar omdat ook de haven blijkbaar als uitgaanscentrum bekend staat, zijn de restaurants toch aardig vol. Maar in Café Rouge krijgen we een mooie plek toegewezen en  is het eten er prima. Mooi om de dag mee te eindigen!

Eenmaal weer aan boord zie ik dat ik een SMS heb ontvangen van Dave Marsden, een engelse collega in het S1850-team van destijds. Hij woont hier niet ver vandaag en zal proberen langs te komen als we nog langer in Brighton zijn. Ik zou het inderdaad leuk vinden om hem aan boord hier te ontvangen (helaas lukte dat niet meer).

Zo maar een paar foto’s van Brighton:

Zondag 19 juni: Rustig dagje

Vanmorgen maar even rustig gedaan. Laat(er) opgestaan, op ons gemak koffie gedronken, gelezen, kortom: even niets, ofschoon we gepland hadden het kasteel met een bezoek te vereren.

Maar ja, ‘s middags moet er toch iets gebeuren, nietwaar, dus opnieuw richting Brighton. We komen niet verder dan halverwege. Er is daar een enorme happening aan de gang: De finish van de London to Brighton Bike Ride, niet eens zo zeer een wedstrijd, maar een prestatietocht over een afstand van 54 M, georganiseerd door de British Heart Foundation die je hier in Engeland overal wel tegenkomt. En het is ongelooflijk: hier deden dit jaar 28.000 fietsers aan mee!!! In de uren dat we er rondliepen, bleef de stroom fietsers maar komen, er kwam geen einde aan. Veel racefietsen natuurlijk, maar ook standaard fietsen, tandems, vouwfietsen (!) reden mee. Engelsen zijn daarbij gek op verkleedpartijen, want sommigen droegen pruiken, vrouwenkleren of andere versierselen. (afin, als Hollanders in Amsterdam naar de Toppers gaan, weet je ook niet wat je ziet vooraf in de binnenstad…)

(Dit lijkt me een zeer geschikte race voor oud-collega Jan Fokke, een fanaat wat het racefietsen betreft. Jan: volgend jaar samen met Dave Marsden?? Dan maar geen TT-Assen dat jaar……)

Langs de boulevard loopt een trammetje van de haven tot bijna aan de wandelpier. Op de weg terug stappen in en slechts voor 1,20 pond p.p. besparen we ons een paar zere voeten!

‘s Avonds gaan we opnieuw uit eten, nu naar een Italiaan, een echte, daar waar de patron aan een bureautje zit, je een tafel toewijst, de rekening opstelt en de centjes ontvangt. En alle obers in de gaten houdt. Maar het eten was prima: ik eindelijk weer eens aan de Frutti-di-Mare!

Morgen willen we eigenlijk wel graag weer verder. Eenmaal aan boord bereid ik de tocht naar Portmouth – een afstand van 43 NM, dus ruim 8 uur varen – voor. Overdag heb ik al diesel getankt: met twee jerrycans (40 l.) sjouwen helemaal achterin de jachthaven! De havenmeester komt zelf met een bootje. De dieselkleur is rood en bij ons dus verboden. Ik krijg er echter wel de nodige papieren bijgeleverd om deze in Holland desgevraagd bij douane-controle te kunnen tonen. We hebben daar in het verleden al eens vervelend mee te maken gehad!

De voorspellingen zijn goed: zwakke tot matige wind, pas later in de middag wat toenemend tot 5Bf. We bepalen het vertrek op 8 uur en duiken er dus vroeg in.

By the way: this is me! Ik moest ook maar eens op de foto. Als fotograaf kom je daar niet altijd aan toe…

Maandag 20 juni: naar Portsmouth.

Het begint al weer goed:  gisteren nog de hele dag door droog weer, vandaag bij het vertrek regent het. We zijn er best goed op gekleed, maar het is toch vervelend als je bij vertrek alles (hoezen, lijnen) nat moet opbergen.

Zoals gepland vertrekken we om 08.15 uur. Buiten staat er inderdaad bijna tot geen wind, wel regen… We zetten de Genua uitgeboomd nog wel op, maar doordat de zee een klotsbak is, zwabbert dat zeil maar heen en weer en doet dus niets. Opbergen dus maar en verder geheel op de motor. Dat laatste begint ons deze vakantie flink te ergeren. We hebben een zeilboot, maar in de vier weken die we nu onderweg zijn, hebben we bijna geen zeildag gehad, zeker niet met beide zeilen op. In de dagen dat we kónden varen stond er praktisch geen wind en kwam deze ook nog uit ZW, pal tegen. Hopelijk is dat op de terugweg anders, d.w.z. wel wind en nog steeds ZW.

Om op tijd binnen te zijn hebben we gekozen om eerst maar wat stroom tegen te krijgen om later in de buurt van Portsmouth/Wight de volle stroom mee te pakken. Dat pakt ook zo uit, maar het verwonderlijke is dat de tegenstroom minder is (hooguit 1 NM) en korter duurt dan berekend, terwijl de stroom mee beduidend hoger is (oplopend tot 2,3 NM).
Acht uur op de motor zonder steunzeil varen is lang en vermoeiend, zeker als de boot continu rolt. Marianne moet zich rustig houden – en zeker niet naar beneden in de kajuit gaan – , want zeeziekte ligt bij haar al snel op de loer. Gelukkig houdt de regen het al snel voor gezien en houden we het de hele tocht droog. Het is wel heiïg en dus zien we  helaas niet veel van de kust.

Om twee uur zien we in de verte flauw de contouren van Wight en komen we in de buurt van ons einddoel. Om Portsmouth te bereiken moeten we wel goed uitkijken. Je vaart hier al gauw op de zandbanken en de tonnen Boulder en Street moeten niet gemist worden. (voor de hele tocht hebben we 15 waypoints uitgezet….)
Bovendien zijn hier vaste regels om binnen te varen en er wordt zwaar op je gelet. Zo mag je de Nab channel (soort shipping lane voor grote schepen) niet bevaren, moet je buiten de geul blijven die toegang geeft tot de haven en is er een speciale kleinere geul voor pleziervaartuigen.

Om 16.15 uur maken we contact met de havenmeester van Gosport Marina die ons een plek toewijst achter in de immense haven. Om 16.30 uur meren we af en kijken elkaar tevreden aan: het was een lange dag, maar we zijn in Portsmouth! Iets wat we ons van te voren als doel hadden gesteld. We vieren het met een Schipperbitter!

Het is een grote marina, maar wel erg rustig. Het lijkt wel of we de enigen zijn die aan boord zijn. We komen in elk geval maar weinig schippers tegen op de steiger.
Het enige wat ons af en toe opschrikt zijn een paar heftige scheepsbewegingen, veroorzaakt door golven van zeeschepen of ferries die hier voorbijkomen. Maar ja, daarvoor lig je ook in een haven direct aan open zee!

Dinsdag 21 juni: Op de Spinnaker!

Portsmouth kent een prachtige seafront. Met Dick Ringenier, in onze gezamenlijk zeiltocht, hebben we dit nieuwe centrum met zijn vele restaurantjes, winkelpromenade en zicht op de haven, vorig jaar al kunnen bewonderen. Maar de schitterend geconstrueerde toren die ze er naast gebouwd hebben, niet. En dat blijkt nu een gemiste kans te zijn.

Met de pont gaan we naar de overkant. Kosten: gereduceerd tot 1,20 pond/dag voor Seniors! Ook hier en in musea – net als in Amerika – houden ze de pensionado’s in ere!

Met de lift in 10 sec boven sta je op 100 m. hoogte in de Spinnaker Tower achter glas neer te kijken op Portsmouth, de haven, ver de zee en het Isle of Wight. De oude marine dockyard met Nelson’s Victory is duidelijk te zien. Vlak ernaast ligt de “First-of-Class” T45 van de marine, HMS Daring, waarop de zwarte doos van Signaal/Thales (het S1850 radarsysteem van mijn programma en die van vele anderen) prominent aanwezig is. Nu ik hier ben en dit na al die jaren weer terug zie, komen de leuke en interessante tijden van het internationale project samen met Marconi/Selenia/BAE (what’s in a name…) weer even boven. Het doet me zeker nog wel wat.

Je kunt nog twee etages hoger, maar dat is op deze hoogte veel van hetzelfde. Er is wel een caféetje. Lijkt me een leuke plek om eens daar te vergaderen als je met maar een paar man bent (iets voor Hamish of Jeroen?). Met de lift suis je ook zo weer naar beneden en loop je langs de vele winkels die daar zijn neergepoot, maar niet bepaald mijn interesse hebben. Marianne wat meer, maar die moet mij er niet bij hebben….

Die middag lopen we langs de promenade naar het indrukwekkende  monument voor de in  WO I en WO II gesneuvelde marinepersoneel.

Hier is ook een landing van Hovercrafts die je in 10 min. naar de overkant (Rije) brengen. Het geeft bulderend lawaai, maar het blijft imposant en we hebben het er over om later in de week een keer mee te gaan.

Aan het eind van de promenade lopen we nog even een VVV binnen. Uiterst behulpzaam geven ze ons advies hoe we met de fiets bij de MISC (ook al iets uit mijn S1850 periode) kunnen komen. Daarnaast zijn er ook andere leuke routes buiten Portsmouth uitgezet. Dit voor het programma in de rest van de week. We gaan eerst naar de authentieke driemaster van de oude Vice-Admiraal Horatio Nelson, de HMS Victory!

Op naar de pont, het was weer een lange tippel vandaag!

Woensdag 22 juni: Niet naar de Victory, maar naar de HMS Alliance.

Buiten giet het weer eens en de zin om te gaan stappen ontbreekt een beetje vanmorgen. Dus stellen we een bezoek aan de Victory maar even uit vandaag.

Na de middag lopen we Gosport eens in. Nou niet echt de moeite waard, blijkt, maar aan de kant van de Hasler Marina (direct aan bakboordzijde invaren achter de havendienst) blijkt er het Royal Navy Submarine Museum te zijn met een heuse onderzeeboot, HMS Alliance, de enige in de UK die nog overgebleven is uit de tijd van WOII.
Eigenlijk zijn we aan de late kant, want het blijkt dat je er wel een paar uur nodig hebt om alles goed te zien.

We beginnen met de rondleiding in de onderzeeër. Onze gids was de chief Torpedodienst die op deze boot zelf heeft gevaren. Met bekende britse humor leidde hij ons en het overige gezelschap in een uur tijd door de boot. Het was een waterval van woorden en vaak konden wij hem niet volgen in zijn verhaal. Maar geestig was hij en er werd heel wat afgelachen met name door de dames.
Als je daarbinnen bent blijft het verwonderlijk dat je er destijds voor koos om bij de onderzeedienst te gaan. Zo weinig ruimte,  zo weinig privacy en nog zo primitief wat techniek betreft. De gids laat ons ook de boordgeluiden horen: van naderde destroyers, hun exploderende dieptebommen, het duikalarm en de diesels.

Eerste poging onderzeeboot: met peddels!Een museum in Engeland is altijd compleet en zeker eentje van de marine. Het gebouw naast de boot bevat alle facetten van de onderzeedienst. Hier staat ook Engelands eerste onderzeeër: de Holland I uit 1901, opgevist en gerestaureerd na 65 jaar in het water gelegen te hebben. Het is verbazend dat van de koperen schroef nog zoveel over was.
Veel displays (ook van Thales Underwatersystems UK), films en interactieve panels maken het museum leerzaam en leuk. Een aanrader dus voor een ieder die Portsmouth een keer bezoekt! (zeker iets voor RobvOck!). Wij hebben er althans geen spijt van dat we vandaag de Victory maar even links (of hier rechts?) hebben laten liggen.

Bij de uitgang is nog een aparte afdeling met de Weaponary van de onderzeebootdienst. Hier in een wat rommelige ruimte liggen de wapens die de huidige onderzeeboten met zich mee voeren: torpedo’s ( de bekende Spearfish van BAE!), een Tomahawk kruisraket en een Trident nuclair ballistic missile. Indrukwekkend om daar eens naast te staan.

Donderdag 23 juni: de Victory

Vandaag de Portsmouth Historic Dockyard bezocht waar Nelson’s Victory ligt. Met Dick Ringenier had ik dit museumcomplex van de Marine vorig jaar al bezocht, maar niet zo uitgebreid als vandaag. Je kunt hier de hele dag wel rondlopen en nog niet alles in je hebben kunnen opnemen.

Voornaamste doel vandaag: de havenrondvaart langs de marinehaven en de Victory zelf.

De rondvaart brengt je vlak langs twee T45’s, de “Daring” en “Diamond” (met de “Smart”-radars) . Verderop ligt er nog een T23, de “Westminster” en wat achteraf een carrier in de motteballen, de “Arc Royal”. Ook de RN snijdt blijkbaar stevig in de defensieuitgaven: mocht het vliegdekschip Invincible (van de Falklands..) vorig jaar al voor een schrootprijs weg, nu ook de Arc Royal. Als we terugkeren wordt er net een US fregat binnen gesleept: FFG7 “Carr” met een overbekend……. M20 Signaal bolletje! Waarschijnlijk zijn ze er allemaal omdat het zaterdag en zondag “Armed Forces Weekend” is en je de schepen kunt bezoeken.

Over de Victory laten we de foto’s spreken. In het historisch besef dat we over dezelfde houten dekken lopen als de manschappen en officieren van dit authentieke schip, dat als admiraalsschip bevelvoerde over de britse vloot in de strijd tegen de franse/spaanse vloot (Slag van Trafalgar,1805), word je alleen maar stil van ontzag.

De geest van Horatio Nelson is uiteraard overal prominent aanwezig, trouwens over de hele dockyard vind je zijn nagedachtenis..

We lopen ook de Trafalgar Experience binnen, waar ons een imposante show wordt voorgezet van de strijd, maar nu vanuit binnen in het schip: kanonnen die afgevuurd worden, manschappen die geraakt worden, gekerm, amputaties, kortom een zeer levendig schouwspel a.h.v. beeld, geluid en menselijke figuren.

Op de eerste verdieping is er een bijzondere tentoonstelling van verzamelde boegbeelden die op de (vergane) marineschepen prijkten. Op deze étage ook de eerste koninklijke sloep uit de 18e eeuw van koning Karel II.

Naast wat souvenierwinkeltjes bezoeken we ook het gebouw van de “Action Stations”. Het is een soort Nemo dat wij in Amsterdam ook kennen. Een technologisch “doe”-museum met (vlucht)simulatoren, aanschouwelijke demo’s en proefjes over alle facetten van techniek waarmee de marine te maken heeft. Wat minder interessant voor Marianne, maar voor mij leuk om ermee te spelen en te experimenteren.

We maken ook op afstand nog even een doop-plechtigheid mee van een boot voor de marine.
Wat het nu precies was, konden we niet ontdekken, maar de show was compleet met tribune, vlagvertoon, showband, parade, sabels, uitgaanstenu en feestkleding voor de dames.

Aan het eind van de middag – als het museum sluit – laten we ons met bijna de tong op onze schoenen  weer met de pont terugvaren.  Weer een leuke dag hier in Portsmouth doorgebracht!