Dag 64: Dinsdag 26 juli 2016

Nog altijd zit ik te dubben of ik Ayamonte of Huelva moet kiezen. Ayamonte betekent de jachthaven en de kosten, bij Huelva is misschien een kade te vinden. Ik weet het niet, maar dat ik vandaag hier vertrek, dat weet ik wel. Dus eerst de vaat en dan afval weggooien, misschien een cappuccino en dan gaan. De cappuccino is er bij ingeschoten omdat de watertaxischippers begonnen te zeuren. Je mocht er maar drie dagen liggen, ik lag er nog geen twee! Maar het is toch nuttige informatie!

Ik ben vertrokken om 09.00 uur Portugese tijd en met gunstige westenwind, dus pal achter, snelheid 3,3 knopen. De GPS deed het weer niet, dat klote ding. Ik heb hem naar de hel gewenst. Er gaat dus een klacht naar Raymarine. Zoiets mag gewoon niet voorkomen: levensgevaarlijk. Omdat de GPS het weer eens verdomde, hield ik de kust goed in de gaten. Vrijwel overal strand met veel mensen en dan opeens toch een haveningang.

Ik ben er ingegaan. Het is een rivier met aan de westkant een vakantie eiland (Iloha ????) en nergens een rechte kade, dus aanmeren kon niet. Ankeren wel, maar ik heb geen anker meer, dus ben ik er maar weer weggegaan en doorgevaren tot de Ria Guadiane bij Ayamonte. De invaart is verraderlijk ondiep. Ik volgde de 12 m contour en opeens nog maar 2,3 m water, dat is verraderlijk weinig.

Pas toen zag ik de vaarwegboeien waar ik al die tijd naar had uitgekeken, heel ver in zee liggen. Ik moest een heel eind terug de zee op, omdat er verder in zee nog een paar – rode en groene – boeien lagen. Dus tot daar was de geul gebaggerd. Die ondiepten komen door al het zand dat de rivier aanvoert.  Daarna was het een makkie. Ik lig nu in de haven van Ayamonte aan de Spaanse kant gelukkig en ga mij morgen wel melden.

Hier moet het lukken om een anker te kopen; ik ben benieuwd! Het is nu 22.15 uur Spaanse- (dus Nederlandse-) tijd.

Dag 65: Woensdag 27 juli 2016

Ik hoop dat ik er in slaag om een anker te kopen dat zwaar – sterk – genoeg is voor mijn boot. Maar ik ga eerst wat eten.

Nou dat anker is prima gelukt en het meest bijzondere is wel dat de winkel gerund wordt door een Nederlands (Man) / Engels (Vrouw) echtpaar die beiden zuiver Nederlands spreken. Ik heb nu een ploegschaaranker van 16 kg. Dit type anker wordt algemeen als het beste beschouwd. De prijs was € 227,00 voor het anker en € 35,00 voor de swivel, de torsievrije bevestiging tussen anker en ketting.

Vlak bij die winkel zit een Pakistani die uitzonderlijk lekkere koffie maakt voor maar
€ 1,00. Het enige probleem nu is een internet café te vinden om het gebeurde aan de verzekering te melden. Hoewel, wat er echt gebeurd is weet ik helemaal niet. Ik weet alleen dat ik mijn anker kwijt ben.

Dag 66: Donderdag 28 juli 2016

Die Pakistani had gratis WiFi, maar ook hier lukte het niet de mails verzonden te krijgen. Ik heb alle mails als concept opgeslagen, dan kunnen ze later verstuurd worden.

De shoarma die ik bij deze Pakistani nam, kostte inclusief tweemaal tonic en één maal koffie slechts € 7,00: ongelofelijk!

Waar ik niet goed achter kan komen is of Gibraltar aanlopen verstandig is of niet? Als ik dat niet doe, moet ik in één keer door naar Formentera of Ibiza. In Gibraltar hebben ze de Engelse pond en de koers daarvan ken ik niet. Maar het is natuurlijk wel een aansprekende mijlpaal. Maar tussen hier en Gibraltar zijn nauwelijks ankerplaatsen of het zijn hele moeilijke en gevaarlijke vanwege de riffen en ondiepten. Sancti-Petri is er zo één, waarvan de Reeds zegt dat in het donker aanlopen, afgeraden moet worden. De enige andere grote baai is Cádiz en daarvan is de marina onbetaalbaar. De enige betaalbare marina is Rota en er worden in de Reeds geen ankerplekken aangegeven. In de baai van Cádiz is oostelijk van de invaart naar Puerto, de Santa Maria, dat is de rivier Rio Guadalete, een gebied waar je zou kunnen ankeren. Gek eigenlijk dat dat niet staat aangegeven. Het kan verboden zijn, maar dan zou dat zeker zijn aangegeven, of niet mogelijk door rotsige bodem. Ik weet het niet. Ik kan er natuurlijk een kijkje nemen en als er andere jachten liggen, daarop anticiperen.

Om 13.40 uur vertrek ik uit Ayamonte met een rustig windje van 7 knopen uit het zuiden. Dat is eigenlijk niet zo gunstig, maar het is te doen, koersfout zo’n 20 graden. Hoger kan ik niet zeilen. Die moet ik later natuurlijk weer goedmaken. Het betekent alleen dat ik niet in de straat van Gibraltar uitkom, maar een stuk noordelijker weer tegen Spanje bots. Mijn snelheid is 2,9 knopen en tot de Gibraltar straat is het 79,8 NM, ofwel 34,4 uur varen. De baai van zuidwest Spanje is ook niet erg diep. Ik vaar al 5 uur en het is pas 19,7 m diep. Toch is de Gibraltar straat zelf in het midden best wel diep, ca. 1000 m. Zoals ik het nu kan bekijken kom ik in de baai van Cádiz uit.

Alle voorgaande doelstellingen zijn eigenlijk te ambitieus, dus ik stel mijn doel bij en neem de Rio Gualdalquivir. Op deze rivier kun je ook ankeren en het lijkt goed beschut. Belangrijk is dat het niet zo ver is, 42 NM, met motorhulp ongeveer 7 uur varen tot de oriëntatieboei. Voor binnenlopen is er een betonde geul. Gedurende de dag is de wind even zo zwak geweest dat de Diesel heeft moeten helpen. Nu, om 20.00 uur, is de wind weer terug en is het weer zeilen geblazen, maar wel langzaam: 2,6 knopen. Tijd tot het waypoint is nu 12,2 uur. Dus ik kom daar met licht aan en dat is prettig, ca. 08.00 uur morgenvroeg. Het is nu 22.00 uur en de wind is helemaal weg, zodat de Diesel het weer moet doen. Dat gaat natuurlijk sneller zodat ik in het donker bij de invaart aankom, verwachte tijd 02.00 uur, morgenvroeg. Ik kan natuurlijk langzamer varen maar dat is oneconomisch. Of gewoon dobberen, maar dat is ‘s-nachts ongewenst. Ik heb toch de snelheid teruggebracht tot 1,9 knopen, nu wordt de aankomsttijd 05.30 uur, dan is het al bijna weer licht.

Dag 67: Vrijdag 29 juli2016

Het is 07.45 uur en ik lig geankerd op de Rio Guadalquivir, bij de stad Sanlucar De  Barrameda en het dorp Bonanza. Het is de vaarweg naar Sevilla. En weer werd ik gewaarschuwd door een Spanjaard dat de boot afdreef. Er zat rotzooi – lappen – om het anker. Hij adviseerde om verder de rivier op te gaan. Maar de oever is laag en biedt weinig beschutting tegen de wind. Ook zijn er geen bochten in de rivier waar beschutting te vinden is. Het waait 25 knopen, NW. Ook op de nieuwe plek heb ik het tweemaal moeten proberen omdat er de eerste keer weer rommel om het anker was gekomen. Verder valt op dat hoewel ik voor anker lig, de boot met de kont in de wind ligt, heel raar. Dat komt natuurlijk door de stroming. Het is nu 16.30 uur en nog altijd harde wind, ik blijf hier nog wel even. Wat verder opvalt is dat er niemand woont op de NW-oever, alleen natuur, lage bossen.

Maar er vaart wel een veerboot die de bezoekers gewoon op het rivierstrand afzet. Omdat je dat niet kunt zien – geen veeraanlegsteiger – was ik onbedoeld in de vaarweg van de veerboot gaan ankeren. En op die andere plek hield het niet. Maar het lijkt nu in orde. Deze rivier heeft aan beide zijden natuurlijke oevers en hij is enorm breed. In het midden is de rivier tussen de 6 en 10 meter diep, zodat het goed mogelijk is om buiten de vaarweg voldoende diep water te vinden om veilig te ankeren. Omdat intussen de stroomrichting van het getij veranderd is, is het veel rustiger geworden. De andere geankerde boten zijn dagjesmensen en zijn intussen allemaal verdwenen. Dus erg rustig hier. De rivier overroeien is niet te doen: veel te breed. Ik heb het idee dat de rivier hier meer dan een kilometer breed is. De GPS blijft een systeem waar geen pijl op valt te trekken, maar niet klagen: hij doet het nu. Mijn positie is: 36*48,822′ N, 006*20,900′ W. Dat is na de bocht in de rivier bij de NW-oever, diepte: 4,4 m. Dus geen problemen te verwachten bij eb. Totaal verschil hier: 3 m (bij neap, d.w.z. bij doodtij, bij spring gaat het tegen de 4 m, maar zelfs dat gaat nog goed). Wind: 10,5 knopen, 60 graden over stuurboord, d.w.z. zuidwestenwind: een rustige nacht.

Dag 68: Zaterdag 30 juli 2016

De storm is uitgeraasd, ik lig nu met de boeg naar zee gericht doordat de stroming inwaarts is. Het wordt vloed. De rivier splitst zich in twee armen die beide naar Sevilla gaan. Er zijn drie marina’s die vermoedelijk bijna € 100,00 vragen voor een overnachting. Een ervan is dicht bij het centrum, de ander liggen daar 3 NM vandaan. Wat moet ik in Sevilla? Niets eigenlijk, de boodschappen kan ik ook hier doen. Maar dan moet ik deze plek verlaten en aan de overkant gaan ankeren en dan naar de wal roeien. Van hieruit – ook zonder wind – niet te doen. Ik heb warm water en ga eerst de vaat en dan een wasje doen. Die was moet dan natuurlijk eerst weer drogen.

Ik moet vers brood hebben, en ik hoop dat dat in het dorp Bonanza mogelijk is. Het gekke is dat alle ankerplekken aan de overzijde van de rivier zijn aangegeven, maar aan overroeien hoef ik niet te denken. Ik moet dus aan de andere kant van de rivier gaan ankeren en dan naar het dorp roeien. De stad ligt zo ver terug dat die eigenlijk niet meer aan de rivier ligt maar aan zee. Maar die zee is heel ondiep door zandafzetting van de rivier. Behalve op één plaats en daar ligt nu juist een jachthaven. Of er in Bonanza winkels zijn is de vraag omdat het dicht bij een stad ligt. Er is maar één manier om er achter te komen en dat is gewoon gaan.

Ik heb gekeken naar de dieselolie lekkage. De pakkingring is veel te groot, dus dat moest wel misgaan. De oorzaak is eenvoudig: het rubber van de ring is niet goed geweest en was niet tegen dieselolie bestand, is steeds groter geworden en er uiteindelijk tussenuit gepiept: knoeiwerk van Krijgsman. Gereedschap om het los te draaien heb ik niet, dus heb ik touw gewikkeld om de plek waar de pakking zat, zo strak mogelijk in de hoop dat het voldoende afdicht. Ik overweeg nog of ik er kit tussen moet smeren. Misschien moet ik het touw met kit insmeren om afdichting te verkrijgen. Natuurlijk is het ook mogelijk de plek tijdens het tanken in de gaten te houden, maar afdichten is beter.

Omdat de jachthavens rond de baai van Cádiz duur zijn en omdat ik vind dat de tocht nu lang genoeg is geweest, overweeg ik om naar Croatië te gaan, een overwinterplek te zoeken en naar mijn Tonneke te gaan. Maar morgen ga ik eerst naar de overkant naar Bonanza en ga een winkel zoeken. Vooral brood, het Spaanse brood is beter dan het Portugese. De Portugese politie was stomverbaasd dat ik rond Portugal kon zeilen zonder een haven aan te lopen. Ze vroegen mijn last Port of Call (de haven waar ik vandaan kwam), en ik zei La Caruña in Spain, ‘the other places where anchoring places’. Nu ik dit schrijf bedenk ik dat dat niet klopt omdat in Rio de Camarña mijn anker niet hield en ik daardoor toch in de jachthaven belandde.

Dag 69: Zondag 31 juli 2016

Het is ongelofelijk rustig op dit moment, er is helemaal niemand. Maar de accuspanning is erg laag, dus ik moet stroom draaien. De vraag is of er op zondag winkels open zijn. Het antwoord is alleen te krijgen door er naar toe te gaan. Ik heb geen brood meer en het Portugese brood raakt zelfs in de diepvries beschimmeld. Dat brood is ook niet smakelijk, het is nog afkomstig van Portimão.

Ik ben naar de overkant gevaren en naar de wal geroeid. Maar de wal is hier een met zeegras begroeide oeverland Er is bijna geen doorkomen aan en tussen de plaats waar ik de dinghy had achtergelaten en de weg naar Puebla Bonanza lag een smal kreekje met vies water.

Gelukkig was er een stuw waar je overheen kon balanceren. En omdat zijn honden al de hele tijd blaften, was de man die er woonde, bereid mij een hand toe te steken. ‘You came rowing’, vroeg hij, en ik beaamde dat. Hij liet mij door zijn garage naar de straat gaan. Het dorp is niet ver en bij het eerst café bestelde ik een koffie. Die was uitstekend. Het was een typisch dorpscafé met alleen vissers zo te zien, de meesten dronken een glas half gevuld met witte wijn en aangevuld met water en bier natuurlijk. Er was één vrouw, duidelijk de vrouw van de kastelein, ze hielp een beetje met serveren, maar de meesten zaten op krukken aan de bar. Op de terugweg, na brood, kaas en melk, ging ik er weer langs, maar ditmaal nam ik een biertje en daar krijg je een gebakken visje bij – krijgt iedereen – dus nam ik nog een bier, en weer een gebakken visje erbij: € 4,00 alles tezamen, het waren kleine vissen – ik denk bijvangst – maar het gebaar is super. Het smaakte allemaal geweldig. Spanje is zo gek nog niet. Wat een tegenstelling met Portugal waar alles betaald moet worden. Alleen bij het Aveiro moeras daar waren de mensen wel erg aardig (ook een vissersdorp). Van de drie pakken melk die ik kocht is er al één bijna leeg; je dringt je gek in dit hete land.

Vergeleken met Portugal is Spanje een verademing, maar dan wil ik de politie in Portugal niet te kort doen, die verdienen ook alle lof. De muur die bij het dorp in het water staat is een golfbreker om de erachter liggende bootjes te beschermen, dus eigenlijk een soort haven. Maar als je er op afmeert, kun je niet naar de wal, er is geen verbinding met de oever en dat is jammer omdat er wel plaats was. Met de dinghy kan natuurlijk wel, maar dan is ankeren eenvoudiger. Door de vele voor anker liggende bootjes lig ik een beetje ver van het dorp Maar dat is niet het ergste: dat zeegras is een groter probleem. Bovendien is dat zeegras bezaaid met rotzooi, lege flessen, blikken en troep.

De bij Bonanza liggende stad ligt aan zee, heeft een strand, en ligt niet meer aan de rivier. Daar op dat strand is het een drukte van belang. De oevers van de rivier zijn van vette zachte klei, waar je lekker in wegzakt.
 

Dag 70: Maandag 1 augustus 2016

Ik ben vertrokken uit de rivier, maar omdat ik toch brandstof nodig heb, ben ik naar Rota gegaan. Rota ligt in het noorden van de baai van Cádiz en heeft een marina en een tankstation. Ik ben gaan ankeren achter de jachthaven. De beschutting is niet zo heel erg goed, maar buiten de marina is niet beter te krijgen. Ik ga nu eerst proberen de lekkage van de diesel-vulleiding te verhelpen en dan morgen tanken en verder gaan. De hele dag weer ‘No Fix’, dat klote apparaat, ik zet hem nu even weer aan en nu doet hij het wel onbegrijpelijk. Maar Raymarine zou een vergoeding moeten geven voor elke ‘No Fix’!

‘No Fix’ mag gewoon nooit voorkomen! ‘No Fix’ is spelen met mensenlevens en dus een van de ernstigste misdaden die er zijn en dat zonder dat er technisch iets aan mankeert.
Dit is dus de Bahia De Cádiz.

Ik ben op zoek gegaan naar Porto Cheli in Griekenland. Dat had ik snel gevonden, maar die haven waar wij elkaar kwijt raakte, kan ik niet vinden omdat er niet één haven in Griekenland op de kaart staat aangegeven. Ik kan naar Porto Cheli gaan en er daar naar vragen, of ik probeer op goed geluk waar ik denk dat het is. Van hieruit is de afstand 1800 NM of met 5 knopen gemiddeld ca. 360 uur varen, 15 dagen. Maar vol continu, dat houdt niemand vol.

Dag 71: Dinsdag 2 augustus 2016

Het is 06.40 uur en nog pikkedonker; het wordt hier laat licht. Ik hoop dat de kit die ik heb aangebracht, de vulleiding echt afdicht. Ik ga tanken in Rota en dan naar de Middellandse Zee. Hoe laat ik daar terecht kan weet ik niet, maar ik ga de steiger zoeken en dan wacht ik wel af.

Ik heb inmiddels getankt, (10.30 uur) de afdichting heeft niet gewerkt. Ik baal weer van  Krijgsman. Na het tanken wilde ik de haven verlaten, maar de invaart is erg ondiep en het was inmiddels eb geworden. Ik kan hier niet meer weg, er moet eerst meer water komen. Ik zit te dubben of ik het probleem hier kan verhelpen, eventueel met geleend gereedschap. Omdat dit echt onhoudbaar is.

De hele dag vrijwel geen wind (6 knopen Z). Dit gaat zo langzaam dat de Diesel heeft moeten helpen. Op het einde van de dag ging het waaien: 25 knopen, Oost, dus pal tegen. De GPS doet weer niets, maar er is hier een karakteristiek schiereilandje waarachter je een beetje beschutting kunt vinden. De boot blijft schommelen, maar ik heb er toch voor gekozen. Het heet Isola Tarifa, een rots met strand er omheen. Er staat een grote witte vuurtoren op en er zijn veel mensen op het strand.

Ik denk, laat ik het systeem nog een keer proberen en ja hoor: nu doet hij het wel. Ik lig niet bij Tarifa, maar bij Cabo Trafalgar, ook zo’n soort kaap maar geen schiereiland, dus de beschutting is veel minder. Als de GPS het had gedaan was ik naar Tarifa doorgevaren. Dit voortdurende ‘No Fix’ heeft het karakter van een moordaanslag. Bij iedereen werkt de GPS zoals het hoort alleen bij mij is het constant ‘No Fix’, het is om krankzinnig van te worden. Nooit weten waar je bent, nooit een haven kunnen vinden.

Dag 72: Woensdag 3 augustus 2016

Een zeer onrustig nachtje, waarin ik een aantal malen het systeem heb aangezet om te kijken of hij het doet. Merendeels ‘No Fix’, dus een waardeloos apparaat. Of het schelden op het systeem geholpen heeft, weet ik natuurlijk niet, maar het systeem werkt weer zoals het hoort. Daar bij Cabo Trafalgar ligt ook een in zee stekend rif, maar vlak voor de rots is ook een smalle doorvaart die diep genoeg is en omdat het systeem werkte kon ik er doorheen varen. Om het rif heen is een enorme omweg.

Het is behoorlijk bewolkt en er is een beetje wind, 8,5 knopen ZZW. Snelheid: 1,5 knoop SOG. Snelheid door het water kan niet meer bepaald worden: het meet-radje zit vast. Ik heb zo-ie-zo veel aangroei. Die antifouling is troep dat totaal niet werkt. Holland International heeft er dus geen verstand van of de Nederlandse milieu-wetten blokkeren goede middelen. Ik heb ooit gehoord dat je naar Tanger moet gaan in Marokko voor goede spullen. Marokko is hier dichtbij. Daar bij Trafalgar kwam een jongen naar mij toe zwemmen, maar even aan boord komen, durfde hij niet.

Het Raymarine systeem heeft het één uur gedaan, daarna weer ‘No Fix’, dat kl.. ding. De GPS-muis had het ook nog niet gedaan aan boord. Maar er zijn drie USB bus-contacten, ik dacht dat er maar twee waren, en die werkte beiden niet, maar de derde deed het wel! Dus heb ik nu ook een betrouwbare GPS, een regelrechte zegen!

Omdat het weer hard ging waaien uit het oosten – 25 knopen –, dat lijkt hier wel regel, en nadat ik één lange laveerslag had gemaakt, kwam ik vlakbij Tarifa uit en koos ik voor ankeren in de luwte van het schiereiland. De golfjes hier stellen niets voor maar de deining van de oceaan zorgt voor rollen, nog aangevuld met de ongedempte rukken van de ankerketting. Dat maakt ankeren op zee – want dat is het in feite – niet zo aantrekkelijk. Het water is hier glashelder, je kunt het anker in het zand zien liggen, op 5,5 m diepte.

Maar er is hier iets vreemds aan de gang. In de namiddag zo rond 17.00 uur begint het hard te waaien uit het oosten, dus kies ik voor de westkant van het schiereiland. Maar als ik daar even lig draait de wind naar het westen en lig ik op een lagerwal, pal in de wind en de golven. Dat was bij die vorige kaap ook al zo, maar daar was geen alternatief, hier wel. Dus ging ik naar de andere zijde – de oostkant – van het schiereiland. Daar is echter een veerhaven naar Tanger (duurt 35 min.).

Ik ankerde in de buitenhaven, maar werd daar door een loodsboot weggestuurd. Je moet aan de kade gaan liggen en wel nu direct! Een mooi cadeau: zo kon ik gelijk aan land, al moet ik wel iedere keer langs de douane vanwege de vele Marokkanen. Maar ze doen niet moeilijk en laten mij gelijk door, er was er slechts één die naar een ticket vroeg.

Dus morgen boodschappen, dat is nu gemakkelijk en het verschil in eb en vloed is hier niet meer zo groot 0,4 m (neap / doodtij) 0,9 m (spring). De Middellandse Zee dempt de vloed uit. Ik ben heel blij met de GPS op de laptop, formidabel en gedetailleerd. Maar er gaat toch een klacht naar Nautic Holland over het extreem slechte presteren van Raymarine, dat gewoon niet goed is!

Dag 73: Donderdag 4 augustus 2016

Gisteravond heeft Jan gebeld, en hij vroeg o.a. om te kijken of de SMS-berichten die hij gestuurd had, ook zijn aangekomen. Er waren heel veel SMS-berichten, allemaal van T-Mobil, merendeels reclame onzin voor zichzelf, een bericht van Jan heb ik niet kunnen vinden. Hoe gooi je de gelezen berichten eigenlijk weg? Wat ik mij ineens realiseer is dat ik de Marifoon slechts eenmaal heb gebruikt, dat was om hulp in te roepen toen alle elektriciteit was uitgevallen. Gek eigenlijk dat die het wel deed, heeft die soms een eigen accu voor noodgevallen? Zou zo maar kunnen. Ik vraag mij af of ik dit probleem ook zonder die hulp had kunnen oplossen? Maar ik vind de Nederlandse kust zo gevaarlijk met al die zandbanken, dat gewoon op zicht zoeken Russisch roulette is.

Om 12.15 ben ik vertrokken uit de haven van Tarifa met een mooi windje van 9 knopen, snelheid door het water 2,6 knopen – het radje draait weer – , SOG 7,0 knopen. Ik heb dus een krachtige stroom mee en een lekker windje, dit is top genieten. Krachtig de stroom mee en eveneens een steeds in kracht toenemende wind mee, uiteindelijk haal ik meer dan 9 knopen en veel dolfijnen om mij heen.

Rots van Gibraltar bij harde wind

Om 14.30 uur passeer ik de Rots van Gibraltar, maar zulke goede wind in de perfecte richting, daar moet je gebruik van maken. Er kwam een Duits jacht vanuit de beschutting van de Rots de Straat ingevaren, maar hij schrok zo van het geweld dat hij direct rechtsomkeert maakte en weer de beschutting van de Rots opzocht, groot gelijk. Ik zit dus op de Middellandse Zee. Dit is eigenlijk een hele grote baai, de golven zijn hier direct wat beschaafder. Maar ooit moet je terug!

dichterbij de Rots

en voorbij de Rots: de Middellandse Zee bereikt!

De mooie wind is toegenomen tot een storm met meer dan 35 knopen en forse golven met veel schuim. Het mag voor mij wel wat minder, de slagzij is vergelijkbaar met die in het Engelse kanaal, een paar keer 35 graden. Maar hierdoor maak ik wel een mooie snelheid 5 knopen en meer, in de Straat van Gibraltar 9 knopen. Toch maar even op de kaart kijken waar ik ergens ben. Het is nu 18.00 uur, plaats: 36*14,164′ N; 4*53,495′ W midden op zee, pal ten zuiden van Marbella. Dit gaat een nachtje doorvaren worden en ik hoop dat de wind iets afneemt. Mijn wens is verhoord: om 19.30 uur nam de wind duidelijk af.

Het rijtje van plaatsen waar ik langs vaar is: (ik kijk alleen naar de lengtegraden)
Tarifa:                             12.15 uur
Rots van Gibraltar:         14.30 uur
Marbella:                        18.00 uur
Torremolinos:                 19.30 uur
Punta de Callaburrras:   20.00 uur
Malaga:                          20.45  uur

Dag 74: Vrijdag 5 augustus 2016

Monte Maroma:                3.00 uur

De wind blijft trouw uit het westen blazen, zodat er een grote afstand kan worden gehaald. Maar uiteindelijk werd de wind zo zwak dat de Diesel moest helpen, dat kwam eigenlijk wel goed uit omdat de accuspanning zo laag werd dat ik stroom moest draaien.

Almunecar:                     5.00 uur
Motril:                             6.30 uur
Punta de Callaburrras:   8.00 uur
Gelijk met
Cabo Sacratif:                8.00 uur

Ik passeerde de bergtop:
Pico Mulhacen om:     9.00 uur
Isola de Alboran:       10.30 uur
Puerto Almerimar      18.00 uur

Nooit geweten dat er een piepklein eilandje midden in zee staat, terwijl de zee verder overal honderden meters diep is. Het eilandje heeft ook nog een ondiep haventje. Intussen is er weer wat wind gekomen – 11.00 uur – dus zeil ik weer. Wat heet! De wind steekt op met 30 knopen: storm! Ankerplekken zijn hier niet. De enige beschutting is een marina. Ik vind er één en kies daar na een laveerslag voor. Het heet hier: Puerto Almerimar.

In de haven van Almerimar

Ze meren hier af met de kont naar de kade en een mooringlijn om de kop van de kade te houden. Door de harde wind en mijn vermoeidheid is het een heel gedoe, ik moet bijvoorbeeld eerst de dinghy achter weghalen en op kop weer vastmaken.

Na een dag zonder eten en weinig drinken, vind ik dat ik wat verdiend heb: ik ga in de stad kijken. Je bent in Spanje, dus Paella voor één persoon, omdat er weinig klanten waren geen probleem. Ik denk voor de gein, laat ik het Raymarine systeem eens aanzetten en hij doet het??? Terwijl hij de laatste twee dagen ‘No Fix’ had gegeven. Ik krijg het idee dat hij het alleen doet als je ligt afgemeerd; waardeloos apparaat. Toch nog een mooie afstand van 150 NM afgelegd. Morgen weer harde wind uit het oosten, zegt iedereen. Wat te doen: blijven??

Dag 75: Zaterdag 6 augustus 2016

Het eerste wat je je afvraagt, is of het weer zo hard gaat waaien. Het is nu 10.30 uur en het waait 5 knopen (2 Bft.), niets dus. Maar de wind steekt hier meestal pas op na 12.00 uur en de richting, hoe zit het daar mee? Die is ONO, dat is voor naar het oosten zeilen te hoog. Om de wind info te kunnen krijgen had ik het systeem aangezet: weer ‘No Fix’, maar hij beeldt de bootvorm wel op de goede plaats af. De boot ligt vast afgemeerd. Daardoor weet hij het wel, maar het blijft: Lost Fix’’ !!! Klote apparaat.

Er is hier ook een onderhoudswerf. Misschien kan de dieselolie lekkage hier opgelost worden. Iets anders is dat ik nog niemand van de haven heb gezien en waar het kantoor is, geen idee.

Het is 11.30 uur en de wind is gekomen 35 knopen en inderdaad oost-noord-oost. Raymarine geeft weer: ‘No Fix’, na het ongeveer 5 á 6 min. te hebben gedaan. Als ik in gedachten een lijn trek tussen de GPS-antenne en de satelliet-volgantenne dan is de hoek met de verticaal ongeveer 35 graden. De antenne is rond natuurlijk, dus dat nauwelijks een zicht belemmering te noemen. Ik kijk weer naar het systeem en hij doet het. Heading ship 300 graden.

Maar GPS antennes kijken niet naar de evenaar, zoals TV-volgantennes, en de GPS satellieten zijn overal. Ik heb de info knop gevonden voor het aantal satellieten dat gepakt wordt. Dat varieert tussen één en vier, vijf heb ik niet gezien. Herstel: ook nul komt voor, voor het differentieel GPS geldt: geen enkel baken. Strikt genomen zijn drie satellieten voldoende wanneer geen hoogte informatie wordt gevraagd. Ik kan niet inzien dat de TV-volgantenne de oorzaak kan zijn. Maar wie ben ik? Raymarine geeft het vrije zicht van de antenne de schuld, ik geef de fa. Krijgsman of Raymarine de schuld van de slechte werking en het vrijwel altijd geven van ‘No Fix’. Dit was van het begin af aan het geval, maar ik was in het vaargebied bekend en zette het apparaat uit om ergernis te vermijden. Het is voor Raymarine misschien moeilijk te accepteren dat hun apparatuur gewoon niet werkt! Maar de fa. Krijgsman kan wel degelijk schuld hebben.

Het is een hele waslijst van wat er niet deugde:
– De ankerketting paste niet om de winch. Oorzaak: het gebruik van ongekalibreerde ketting; goedkoopte.
– Het anker bleek ondeugdelijk. Oorzaak: de prijs voor een goed anker berekenen en een goedkoop (of te licht) anker leveren.
– De acculader bleek inferieur. Oorzaak: goedkoper, een slecht merk.
– De dynamo van de motor was slecht. Oorzaak: vermoedelijk ook de prijs.
– Het Raymarine navigatiesysteem werkt vrijwel nooit. Oorzaak: mogelijk zijn er goedkopere leidingen, geen coax gebruikt. Deze conclusie is speculatief, ik heb nog niets gecontroleerd, vanwege de bewijslast moet een gekwalificeerde monteur dat doen.
– De vulleiding voor de dieselolie is met verkeerde, niet olie bestendige pakkingringen
afgedicht. Oorzaak: goedkoopte, of onbekwaamheid of slordigheid.
Het wekt de geur van onbekwaamheid en het gebruik van ondeugdelijk – goedkoper – materiaal en het berekenen van veel te hoge prijzen! Het lijkt er op dat de fa. Krijgsman het onderste uit de kan wil hebben en dat het belang van de klant totaal niet telt.

Maar ook Raymarine heeft wat uit te leggen.

Ik ben niet zo blij met deze haven omdat het moeilijk en gevaarlijk is om aan en van boord te komen.

Vandaag heb ik hulp gehad van een stel uit Finland om iets aan de Dieselolielekkage te doen. Demonteren van de bestaande aansluiting bleek onmogelijk, dus bleef er niets anders over dan die er uit te zagen, wat veel werk was en er een andere aansluiting in te zetten. Maar de maat die ik nodig heb, die hebben ze hier niet, dus moesten we een maat kleiner nemen. De pakking hebben we geknipt uit pakkingplaat die eigenlijk te dun is. Het is duidelijk dat dit geen blijvende oplossing is.

Maar het is steeds hetzelfde probleem; wat je nodig hebt dat hebben ze niet, altijd alleen maar kleiner spul. Hoe vindt je een botenwinkel die goed gesorteerd is? Dat de oude pakking door absorptie van olie er tussenuit is gepiept geloof ik ook niet meer; het was gewoon niet de juiste maat. Hij was te groot. Dus min of meer hetzelfde probleem als nu. Ik moet passende spullen zien te vinden. Het is goed beschouwd idioot dat er geen grotere maten zijn te krijgen, terwijl er zo veel grotere jachten zijn. Krijgsman blijft de hoofdschuldige, hij had spullen met de juiste maat moeten gebruiken. Ik loop morgen nog een keer naar die shop om, om een grotere aansluiting te vragen. Nu is de aansluiting te klein voor het gat in de tank. Toen was de pakkingring te groot: te gek voor woorden allemaal. Conclusie: botenwinkels houden alleen op voorraad wat je niet nodig hebt en wat niet bij elkaar past, dus eigenlijk allemaal kl….

Morgen ga ik weer verder, tegenwind of niet, ik moet in ieder geval stroom draaien en dan kun je beter varen. De elektrische walaansluitingen passen hier niet.

Dag 76: Zondag 7 augustus 2016

Het is 07.45 uur en de wind zit nog altijd straf in de oosthoek. Het waait nu al 20 knopen en dat gaat nog flink toenemen. Naar het oosten zeilen is dus niet mogelijk. Om de windsnelheid te weten zet ik het systeem aan, en o wonder hij doet het, geen ‘No Fix’. Door de harde wind kan de windcharger flink laden, maar de accuspanning is weer gevaarlijk laag; 10,2 Volt. Het zit niet mee met naar het oosten gaan.

Nog altijd had ik mij niet aangemeld bij de havenmeester, omdat ik zijn kantoor niet vinden kon. Maar dat is nu in orde. Dinsdag wordt de wind wat minder en daarna is het weer het oude liedje. De havenmeester geeft vijf plekken waar botenwinkels zitten, daar moet er toch één bij zijn die heeft wat ik zoek. Ook het lage accuspanning probleem is voorbij omdat ik nu walstroom heb. Alleen op zondag zijn de botenwinkels gesloten.

Dag 77: Maandag 8 augustus 2016

De hele morgen bezig geweest met de dingen te kopen voor een betere – betrouwbare – aansluiting van de diesel-olievulleiding. Dat is uiteindelijk gelukt, maar eerst was het aansluitdeel en de bocht uit één stuk, maar daar is niet aan te komen, dus moest ik een los aansluitdeel en een losse bocht accepteren. Dat is technisch prima in orde, maar het bouwt hoger op, zodat nu het luik niet meer dicht kan. Een echt voorbeeld van de wet van behoud van ellende. De leidingaansluiting is 3 cm te hoog. Moet ik nu alleen daardoor de hele vloer 3cm verhogen? Ik weet het niet; de k. . bij Krijgsman worden bedankt voor hun knoeiwerk.

Alles is afgedicht met een sealant op basis van een MS copolymeer; dat is feitelijk een lijm, dus of dit ooit te demonteren is, dat weet ik niet. Er staan twee wegen open: 1- Later vervangen door een koppeldeel en een bocht uit één stuk, die bouwt lager in. Moet in Nederland gebeuren. Moet vermoedelijk door Jeanneau geleverd worden. 2 – Maak de hele vloer 3 cm hoger. Kan ook beter in Nederland gebeuren. Resumerend: het acute probleem is opgelost, een definitieve oplossing moet wachten. Omdat een gecombineerd deel de opsluitmoer aan de binnenzijde van de tank heeft – slechte bereikbaarheid – is vloer verhogen misschien wel de beste oplossing. Behalve dat de stahoogte 3 cm minder wordt, zijn er verder geen moeilijkheden.

Morgen ga ik weer verder anders, wordt het een veel te dure aangelegenheid; de haven kost € 20,00 per dag. En nu het acute probleem is opgelost, is vertrekken verstandiger. De wind blijft hier misschien nog wel dagen in de oosthoek. Deze windrichting is al maanden zo, maar morgen schijnt de wind iets minder krachtig te zijn. Bovendien buigt de kust van Spanje naar het noorden (50 á 60 NM verder) en kan er misschien wel gezeild worden.